Leerling: Alstublieft, onderwijs mij de Weg.
Joshu: Heb je je rijstsoep opgegeten?
Leerling: Ja, meester.
Joshu: Ga dan je kom afwassen.
Aan een sesshin deelnemen betekent aandachtig leven.
Heel de dag aandachtig zijn voor het huidige moment, het hier en
nu. Het begint bij het ontwaken. De tijd staat niet stil en weldra
begint de eerste zazen van de dag. Geen tijd te verliezen. Ik fris
me op en haast me naar de dojo. In de dojo, het hart van de sesshin,
concentreer ik me op de manier waarop ik zit tijdens zazen, op de
rechtstaande houding tijdens kin-hin.
Na de klok volgt de ochtendwandeling en de guen-mai,
de traditionele rijstsoep. De maaltijden worden in stilte genomen
en zijn gewoon een voortzetting van zazen. Mijn aandacht ligt bij
mijn maaltijd, niet bij dagdromen of dagdagelijkse gesprekken.
De vaat dient gedaan te worden, het eten voor deze
middag klaargemaakt, sommige lokalen moeten schoongemaakt worden
en de volgende zazen is al om elf uur. Alle hulp is dus welkom.
De verantwoordelijke van de samu (het manuele werk) vraagt vrijwilligers.
Ik doe de vaat. Daarna rust ik wat uit en maak me klaar voor de
zazen.
In de namiddag is het stramien nagenoeg hetzelfde:
middagslaap, samu en natuurlijk zazen. Al tamelijk vlug wordt dit
ritme vanzelfsprekend. Zazen wordt een dagelijkse handeling en de
dagelijkse handelingen worden een meditatie. Heel de dag ben ik
geconcentreerd op mijn handelingen, op mijn lichaam maar ook aandachtig
voor de anderen, om geen lawaai te maken als er anderen rusten,
om vlot samen te werken tijdens de samus. Mijn geest wordt helder
en plots zie ik een aantal dingen veel duidelijker. Problemen die
de kern van leven vormden en onoverkomelijk leken, zijn onbeduidende
randverschijnselen geworden. Ik beleef gewoon veel intenser het
huidige moment. Het leven heeft zijn eenvoud teruggevonden.
Maar alles is vluchtig, onbestemd en het eind van
de sesshin is er sneller dan men denkt. De volgende dag zit ik weer
op kantoor. Binnenkort zal ik weer afglijden in ouden gewoonten,
maar toch niet helemaal. Intussen probeer ik de sfeer van de sesshin
wat te behouden. Ik voel me goed, zonder meer, en dat gaat over
op vrienden, familie, collega's en mensen op de tram.
Tot de volgende sesshin.
|